Dat het voor een bestuurder verboden is om de mobiele telefoon vast te houden tijdens het rijden is algemeen bekend. Maar hoe zit het als de mobiele telefoon op schoot of op het been gehouden wordt? Kan in zo’n situatie ook gesproken worden van het ‘vasthouden’ van de mobiele telefoon? Over deze vraag heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden zich in hoger beroep gebogen.
Een man kreeg op 8 april 2019 een boete opgelegd van 240 euro voor het op schoot of op het been hebben van een mobiele telefoon. Dat werd gezien als het ‘vasthouden’ van de mobiele telefoon tijdens het rijden. Hij was het er niet mee eens en stapte naar de kantonrechter. Ook de kantonrechter was van mening dat dit gezien moet worden als het ‘vasthouden’ van een mobiele telefoon en hield de boete in stand, waarna de man in hoger beroep ging bij het Gerechtshof.
Hoewel het begrip ‘vasthouden’ ruim wordt uitgelegd, is het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van oordeel dat het alleen op schoot of op het been hebben van een mobiele telefoon daar niet onder kan vallen. De man kreeg gelijk en hoeft de boete niet te betalen.
Overigens heeft hetzelfde Gerechtshof in een eerdere uitspraak in maart 2018 al bepaald dat ook het met de hand bedienen van een mobiele telefoon terwijl deze is geplaatst in een telefoonhouder en bevestigd op het dashboard niet kan worden gezien als het ‘vasthouden’ van de telefoon tijdens het rijden. In die zaak hoefde de boete eveneens niet te worden betaald.
Anders is het wanneer de mobiele telefoon achter een hoofddoek geplaatst wordt. In twee uitspraken van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uit 2013 en uit 2019 is bepaald dat het plaatsen van een mobiele telefoon achter een hoofddoek wel gezien kan worden als het ‘vasthouden’ van de mobiele telefoon. Deze twee vrouwen moesten de boete dan ook betalen.
Wilt u meer weten over dit onderwerp of hebt u te maken gehad met een boete voor het vasthouden van de telefoon tijdens het rijden en bent u het daar niet mee eens? Neem dan contact met ons op via www.opzuidadvocaten.nl of bel naar 010-4295377.
Relevante wetgeving:
- Artikel 61a Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990
Relevante jurisprudentie:
- ECLI:NL:GHARL:2021:7637
- ECLI:NL:GHARL:2018:2186
- ECLI:NL:GHARL:2013:3138
- ECLI:NL:GHARL:2019:6664